Samenhang met bestaande bepalingen op het beleidsterrein
Dit voorstel maakt deel uit van de inspanningen die op Unie- en internationaal niveau worden geleverd om het huidige belastingkader aan te passen aan de digitale economie.
Op internationaal niveau was de uitdaging om de inkomsten van alle spelers in de digitale economie eerlijk te belasten, al in kaart gebracht in actie 1 van het BEPS-project van de OESO/G20 en de OESO heeft een tussentijds verslag over de belastingheffing van de digitale economie opgesteld, dat in maart 2018 aan de G20-ministers van Financiën is gepresenteerd.
Op het niveau van de Unie maken eerlijke regels voor de belastingheffing van de digitale economie deel uit van de agenda van de Commissie voor een eerlijke belastingheffing, die een aanvulling zal vormen op de verbeteringen aan het vennootschapsbelastingkader die in afgelopen jaren zijn gerealiseerd. In dit verband heeft de Commissie in 2016 het voorstel voor een gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting (CCCTB) (12) opnieuw op tafel gelegd, die een concurrerend, eerlijk en degelijk kader voor de belasting van ondernemingen in de eengemaakte markt zal bieden. Ook op het gebied van de btw maakt de Commissie werk van de uitdagingen van de digitale economie met haar voorstel inzake e-commerce, dat door de Raad in december 2017 (13) is aangenomen en aansluit bij andere wetgevende maatregelen die in het btw-actieplan van 2016 (14) waren vastgesteld.
Dit voorstel maakt deel uit van een pakket met daarin ook een voorstel voor een richtlijn met een alomvattende oplossing (15) , een aanbeveling aan de lidstaten om deze alomvattende oplossing over te nemen in hun dubbelbelastingverdragen met niet-Unierechtsgebieden (16) , en een mededeling waarin de context wordt toegelicht en het verband tussen de voorstellen wordt uitgelegd (17) . De beginselen waarop dit voorstel steunt en met name het begrip van waardecreatie door de gebruiker, zijn afgestemd op het voorstel voor een richtlijn met een alomvattende oplossing en de aanbeveling, zoals in de mededeling is uitgelegd. Meer bepaald heeft de tijdelijke maatregel betrekking op de gevallen waarin de bijdrage van de gebruiker aan de creatie van waarde voor een bedrijf van groter belang is, terwijl het begrip van waardecreatie door de gebruiker ook de factor is die de alomvattende oplossing wil introduceren in het vennootschapsbelastingkader.